De inhoud van het basispakket van de zorgverzekering is regelmatig onderwerp van debat, bijvoorbeeld of bepaalde vormen van zorg wel effectief genoeg zijn, of niet te duur. Afgelopen week diende Carla Dik-Faber, Tweede Kamerlid namens de ChristenUnie, een motie in als reactie op de begroting van het Ministerie van VWS. De tekst van de motie is afgeleid van de conclusies van het proefschrift van Tineke Kleinhout-Vliek, die vorige maand promoveerde bij ESHPM.
Het Zorginstituut Nederland adviseert de Minister over de inhoud van het basispakket. De Minister neemt meestal het advies over. Het Zorginstituut gebruikt voor het formuleren van dit advies verschillende criteria: alle zorg die vanuit het basispakket wordt vergoed moet (kosten)effectief zijn, maar ook noodzakelijk. Nu hanteert het Zorginstituut voor het bepalen van effectiviteit en kosteneffectiviteit gestandaardiseerde en internationaal erkende methoden. Maar deze bestaan niet voor het bepalen of een zorgvorm noodzakelijk is. Hoe stel je die noodzakelijkheid dan vast?
Kleinhout-Vliek laat in haar proefschrift zien dat er veel verschillende en variërende argumenten worden gebruikt voor het bepalen van noodzakelijkheid. Deze bepaling blijkt vooral plaats te vinden tijdens de maatschappelijke weging in de Adviescommissie Pakket (ACP), onderdeel van het adviseringsproces aan het Zorginstituut. Een paar jaar geleden concludeerden onderzoekers aan de Radboud Universiteit Nijmegen naar aanleiding van het Burgerforum ‘Keuzes in de zorg’ dat burgers relatief veel affiniteit hebben met deze argumenten. Er is een inspraakmogelijkheid bij de ACP waar patiënten met enige regelmaat gebruik van maken, maar burgers nog niet. Kennelijk is de drempel te hoog.
Tweede Kamerlid Dik-Faber verzoekt nu de regering met haar motie om in overleg met het Zorginstituut in kaart te brengen op welke wijze de drempels voor publieke inspraak bij het Zorginstituut verlaagd kunnen worden, en de Kamer hierover voor de zomer van 2021 te informeren. Op dinsdag 8 december is de motie met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.
Tineke Kleinhout-Vliek deelt de observatie dat burgers geen gebruik maken van de inspraakprocedure bij de ACP. “Inspraak is momenteel een belangrijk speerpunt van het Zorginstituut; er wordt op verschillende manieren hard aan gewerkt. Ik denk echter dat de initiatieven die nu op de agenda staan die specifieke drempel voor burgers bij de ACP mogelijk niet gaan verlagen. Daaruit is deze motie voortgekomen”.
- Onderzoeker
- Gerelateerde links
- Motie van Carla Dik-Faber:
Eindrapport van het Burgerforum ‘Keuzes in de zorg’
Proefschrift ‘Noodzakelijkheid Weven: Contextualiseringspraktijken voor het tot stand brengen van robuuste vergoedingsbesluiten’
Persbericht proefschrift: Kijk bij vergoedingen uit het basispakket goed naar de context