Promotie D.G. (Dominic) van Kleef

Hieronder volgt een korte samenvatting van het proefschrift: 

Het Europese beleggersbeschermingsrecht gaat van oudsher uit van het beeld van een grotendeels rationele belegger. In dat rechtsgebied wordt van de particuliere belegger verwacht dat hij of zij (complexe) informatie over financiële instrumenten of diensten begrijpt, de risico's daarvan goed kan inschatten en op basis van die informatie een geïnformeerde keuze kan maken. De verantwoordelijkheid voor het nemen van verstandige beleggingsbeslissingen wordt in het recht goeddeels bij de belegger gelegd.

Gedragseconomisch onderzoek legt echter steeds duidelijker bloot dat beleggers zich anders gedragen dan doorgaans in het recht wordt verondersteld. Zij zijn niet altijd in staat de complexiteit van de financiële markten te doorgronden, richten zich doorgaans op de korte termijn, en zijn vatbaar voor allerlei private beïnvloedingstechnieken, bijvoorbeeld in online beleggingsomgevingen. In de afgelopen jaren is ook bij wetgevers en beleidsmakers – in Brussel, maar ook nationaal – het besef gegroeid dat financiële regulering op effectievere wijze kan worden vormgegeven aan de hand van dergelijke gedragsinzichten.

Die vertaling van relevante gedragsinzichten naar het beleggingsbeschermingsrecht gaat gepaard met diverse vraagstukken. In hoeverre moeten particuliere beleggers tegen zichzelf in bescherming worden genomen? Hoe ver reikt hun eigen verantwoordelijkheid? En mag van ondernemingen worden verwacht dat zij hun cliënten actief begeleiden richting verstandige financiële keuzes?

Deze dissertatie beoogt de gevolgen van een systematischere integratie van gedragsinzichten in kaart te brengen, en structuur te bieden aan hoe de integratie van de inzichten in het Europese beleggersbeschermingsrecht zou moeten plaatsvinden.