Het Amerikaanse farmaceutische concern Eli Lilly heeft in Nederland een harde tik op de vingers gekregen van de Codecommissie van de Stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR). Volgens de commissie heeft de farmareus misleidende en onjuiste informatie verspreid over het obesitasmedicijn Mounjaro. De zaak kwam aan het rollen na een klacht van concurrent Novo Nordisk, producent van onder meer Wegovy en Ozempic. André den Exter, universitair hoofddocent Gezondheidsrecht aan Erasmus School of Law, noemt het in het Financieele Dagblad opvallend dat twee grote farmaceutische bedrijven op deze manier publiekelijk met elkaar in de clinch gaan.
Een uitzonderlijke sanctie
De CGR heeft vastgesteld dat Eli Lilly meerdere keren de grens heeft overschreden. Zo werd in communicatie aan artsen gesuggereerd dat Mounjaro effectiever zou zijn dan een concurrerend middel, zonder dat deze bewering wetenschappelijk juist onderbouwd was. Daarnaast werden patiënten benaderd met promotioneel materiaal, waaronder een meetlint en een brochure waarin de productnaam opvallend vaak en prominent terugkwam. Deze uitingen werden door de CGR als ontoelaatbare publieksreclame aangemerkt.
In haar uitspraak verplicht de CGR Eli Lilly niet alleen tot het stopzetten van deze uitingen, maar ook tot het sturen van een rectificatiebrief aan huisartsen. Dat laatste is uitzonderlijk: meestal volstaat publicatie van de uitspraak. Eli Lilly heeft zich echter wel bij de uitspraak neergelegd en het bedrijf heeft de brieven verzonden.
Zelfregulering binnen de farmaceutische sector
De CGR is een zelfregulerend orgaan binnen de farmaceutische industrie. Dat betekent dat bedrijven in de sector zich vrijwillig hebben verbonden aan een gezamenlijke gedragscode, die wordt gehandhaafd door een onafhankelijke commissie. Over de vraag of de verplichting tot rectificatie iets zegt over de effectiviteit van dit systeem, is Den Exter helder: “Op zichzelf zegt deze uitspraak niets over de effectiviteit van zelfregulering. Wel worden er jaarlijks meerdere soortgelijke uitspraken gedaan.” Hij legt uit: “De verplichting van rectificatie wordt hier nageleefd en dat zou een aanwijzing kunnen zijn dat partijen de uitspraak respecteren.”
Publiek belang bij geneesmiddelenreclame
Hoewel de procedure in dit geval is gestart door concurrent Novo Nordisk, speelt het bredere maatschappelijke belang een rol. Den Exter wijst erop dat dit altijd van belang is: “Misleidende reclame is simpelweg verboden.” Reclame-uitingen over geneesmiddelen moeten altijd juist en betrouwbaar zijn. Misleidende informatie kan immers niet alleen de concurrentie verstoren, maar ook de besluitvorming van artsen en patiënten beïnvloeden.
Een laagdrempelige klachtenprocedure
Opvallend is dat niet alleen farmabedrijven klachten kunnen indienen bij de CGR. “Volgens het Reglement Naleving Geneesmiddelenreclame kan eenieder een klacht indienen,” licht Den Exter toe. Hij vertelt: “De procedure is laagdrempelig: er geldt geen verplichte vertegenwoordiging door een advocaat, al moet er wel griffiegeld betaald worden.” Dit maakt de weg ook open voor artsen en zelfs patiënten die vinden dat reclame-uitingen misleidend zijn.
Signaalfunctie
Uiteindelijk benadrukt de uitspraak dat de zelfregulering binnen de farmaceutische sector niet vrijblijvend is. Ook al is de CGR geen overheidsinstantie, zij kan bij overtredingen ingrijpen met maatregelen die merkbare gevolgen hebben voor bedrijven. Het naleven van opgelegde rectificaties laat zien dat de gedragsregels in de praktijk serieus worden genomen, en dat de sector zichzelf effectief tot de orde kan roepen wanneer dat nodig is.
- Universitair Hoofddocent
- Meer informatie
Klik hier om de bijdrage van Den Exter te lezen in het Financieele Dagblad.
- Gerelateerde content
- Gerelateerde opleiding