In een uitspraak van 8 maart 2022 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie het Verenigd Koninkrijk veroordeeld tot een nabetaling van 2,7 miljard euro aan te weinig geheven invoerrechten. Malafide importeurs van Chinese kleding hebben jarenlang tegen een te lage waarde kunnen invoeren door ontoereikende douanecontrole in het Verenigd Koninkrijk. Als gevolg is de EU veel douanerechten misgelopen. Martijn Schippers, universitair docent Douanerecht aan Erasmus School of Law, licht de uitspraak en de gevolgen voor Nederland toe tegenover BNR Nieuwsradio.
De Europese Unie kent een douane-unie, waar het Verenigd Koninkrijk tot voor kort als lid van de EU ook onderdeel van uitmaakte. In deze douane-unie fungeren de nationale douaneautoriteiten als controleurs en zijn deze autoriteiten verantwoordelijk voor de heffing van douanerechten van de EU. Uit onderzoek van de Europese Commissie bleek dat bij de invoer van Chinese kleding in het Verenigd Koninkrijk te weinig invoerrechten zijn geheven.
“Malafide importeurs vind je nooit meer terug”
Als een nationale douaneautoriteit te weinig invoerrechten heft, verhaalt de EU dit op de betreffende lidstaat. Deze kan het vervolgens in theorie weer naheffen bij de importeur. Maar in de praktijk blijkt dit niet altijd mogelijk, legt Schippers uit: “Het ligt lastig. De eerste rekening gaat altijd naar de douaneautoriteiten, want die zijn belast met controletaken. Zij kunnen proberen dat te verhalen op de importeurs, maar heel veel dingen zijn al verjaard en malafide importeurs vind je natuurlijk nooit meer terug. Dus dit gaat de Britse belastingbetaler geld kosten.”
Nederland hangt ook eenzelfde naheffing boven het hoofd van 150 miljoen euro. Schippers: “Toen het onderzoek naar Chinese kledingimport in het Verenigd Koninkrijk werd ingesteld, hebben de malafide importeurs hun handelsstromen omgelegd naar andere EU-lidstaten zoals Nederland, Duitsland en Hongarije. Daar zijn ook onderzoeken ingesteld, en uit het onderzoek in Nederland blijkt dat er 150 miljoen euro te weinig is geheven.”
Onderzoeksproject
Walter de Wit, hoogleraar Internationaal en Europees Douanerecht aan Erasmus School of Law, en Schippers nemen deel aan een internationaal onderzoeksproject naar onderwaardering van ingevoerde goederen binnen het douanerecht en de indirecte belastingen. Het onderzoeksproject is een onafhankelijk juridisch onderzoeksproject wat mede wordt gefinancierd door de Europese Commissie. Het project wordt uitgevoerd in samenwerking met Erasmus School of Law, de Westfälische Wilhelms-Universität Münster, de Universidad de Valencia en het Joint Research Centre (ISPRA). Schippers, die vorig jaar promoveerde op de waardering van ingevoerde goederen, is aangesteld als nationaal rapporteur voor Nederland. Hij verricht in dat kader kwalitatief onderzoek door interviews af te nemen van diverse Nederlandse douanebeambten.
- Universitair Docent
- Meer informatie
Klik hier voor het hele fragment van het programma Ochtendspits van BNR Nieuwsradio.
In het kader van voornoemd onderzoeksproject host Erasmus School of Law op 31 maart 2022 een Engelstalig seminar dat op voorgaande materie ingaat. De onderzoekers verbonden aan dit project zullen tezamen met douanewaardespecialisten van de Nederlandse douaneautoriteiten en OLAF (de fraudewaakhond van de Europese Commissie) optreden als sprekers. Voor meer informatie over en registratie voor het seminar klik hier.