Promotie L.H.P. (Lena) Vroegindeweij

Samenvatting:

De klinische verschijnselen van aceruloplasminemie zijn uitgebreid bestudeerd in (lokale) Kaukasische patiënten en de literatuur. De ziekte wordt gekarakteriseerd door een trias van insulineafhankelijke diabetes zonder auto-antistoffen, microcytaire of normocytaire anemie en een breed spectrum aan neurologische verschijnselen. Neurologische klachten zijn een laat verschijnsel van de ziekte en zijn zeer uiteenlopend, waarbij ataxie, hyperkinetische bewegingsstoornissen, parkinsonisme, cognitieve achteruitgang en psychiatrische verschijnselen kunnen voorkomen. Aceruloplasminemie moet worden overwogen bij niet-obese volwassenen die zich presenteren met antistof-negatieve insulineafhankelijke diabetes of onverklaarde microcytaire of normocytaire anemie. De combinatie van ferritine en transferrine verzadiging kan worden gebruikt om de diagnose te ondersteunen danwel uit te sluiten. Bij patiënten zonder symptomatische anemie wordt ijzerchelatietherapie middels deferipron in combinatie met aderlatingen geadviseerd, terwijl deferipron in combinatie met deferoxamine kan worden voorgeschreven bij patiënten met reeds klachten van een anemie. Het is essentieel dat ijzerchelatietherapie wordt gestart op het moment dat patiënten nog geen neurologische klachten hebben, gezien het ontstaan hiervan dan met tien jaar kan worden uitgesteld. Op het moment dat patiënten wel al neurologische verschijnselen hebben op het moment dat behandeling wordt gestart, voorkomt dit verdere achteruitgang helaas niet. De MRI parameter R2* is nu gevalideerd als kwantitatieve maat voor ijzer in het brein en weerspiegelt de totale hoeveelheid ijzer, niet zozeer veranderingen in de moleculaire vorm. R2* kan in de toekomst gebruikt worden als uitkomstmaat voor ijzerchelatietherapie en om meer inzicht te krijgen in de relatie tussen de hoeveelheid ijzerstapeling en de klinische verschijnselen van aceruloplasminemie.