Wanneer je aan je PhD begint worden er minimaal 2 en maximaal 4 begeleiders aangewezen die jou gedurende je promotietraject begeleiden. Een van deze personen neemt de rol als coördinerende promotor op zich. Hoe de taken tussen de begeleiders wordt verdeeld leg je vast in het trainings- en supervisie plan.
Begeleiding bestaat uit vele taken en is ook afhankelijk van het type project en het proces dit moeten jullie samen bespreken. Er bestaat geen sjabloon voor ‘goede’ begeleiding, maar de taken van de begeleider zijn (onder andere):
- Informeren over onderwerpen voor doctoraatsonderzoek;
- Begeleiden bij het schrijven en uitwerken van zijn onderzoeksvoorstel;
- Begeleiden bij het opzetten van het onderzoek en het opzetten van experimenten, het verzamelen en analyseren van gegevens;
- Discussiëren over onderwerpen als verantwoord gegevensbeheer, onderzoeksintegriteit en open wetenschap;
- Begeleiden bij het kiezen van een opleidingsprogramma;
- Begeleiden bij het schrijven van wetenschappelijke publicaties en het proefschrift;
- Helpen bij het indelen van zijn tijd (voldoende tijd reserveren om het proefschrift te schrijven);
- Ondersteunen bij het publiceren en presenteren van wetenschappelijke producten;
- Ondersteunen bij het nastreven van maatschappelijke impact en het opzetten van geschikte netwerken;
- Helpen bij het voorbereiden van een carrière (binnen of buiten de academische wereld);
- Voorbereiden op de verdediging van het proefschrift.
Nederlandse supervisie stijl
In Nederland worden promovendi, mede door het PhD-systeem en de relatief flexibele managementcultuur, beschouwd als collega-onderzoekers. Dit in tegenstelling tot Anglo-Amerikaanse doctoraatssystemen waar promovendi als studenten worden beschouwd.
Als promovendus aan de EUR heb je een sterke rol en stem in onderzoeksgroepen en word je als collega behandeld. Dit zie je terug in het soort toezicht dat je kunt verwachten. Jouw toezichtteam zal je in de meeste gevallen adviseren wat je moet doen of waar je verder naar moet kijken, in plaats van je expliciet te vertellen wat je moet doen of hoe je het moet doen. Er wordt van je verwacht dat je aantekeningen maakt en deelt van vergaderingen en afspraken, schriftelijk werk op tijd inlevert en concrete vragen formuleert voor leidinggevenden. Beoordeel en reageer altijd kritisch op feedback. Het is aan jou om aan te geven wanneer feedback niet duidelijk is of als je meer begeleiding nodig hebt bij een bepaald onderwerp.
Als je meer wilt weten over de Nederlandse houding ten opzichte van werk, arbeidscontracten en de structuur van de academische wereld in Nederland, download dan het handboek A Beginner's Guide to Dutch Academia.