Onderzoek vindt beperkt verband tussen Chinese leningen en economische groei in Afrika

Tussen 2000 en 2018 hebben Chinese financiers meer dan 148 miljard dollar aan leningen verstrekt aan Afrikaanse overheden en staatsbedrijven. Ondanks deze enorme financiële betrokkenheid laat het onderzoek zien dat slechts een handvol landen een betekenisvolle economische groei ervaart die mogelijk verband houdt met deze leningen en voor de meeste is de impact verwaarloosbaar of zelfs negatief.

Belangrijkste bevindingen

Slechts 14 van de 49 landen vertonen een statistisch significant verband tussen Chinese leningen en reële bbp-groei. Van deze 14 vertoonden slechts vier landen (Eritrea, Niger, Senegal en Togo) een positief verband. De meerderheid (10 landen), waaronder Tsjaad, Rwanda en de Seychellen, zag een negatieve correlatie. Voor de overige landen werd geen significante link met de economische groei gevonden.

Volgens Philip Hans Franses biedt het onderzoek belangrijke inzichten in de feitelijke economische resultaten van China's leenstrategieën in Afrika: 'Ondanks de omvang van de kredietverlening lijkt het totale link met de Afrikaanse economische ontwikkeling beperkt en sterk verschillend tussen landen.'

Oproep tot diepere, lokale analyse

Wat dit onderzoek onderscheidt, is de econometrische analyse per land, die een hoge mate van variatie aan het licht brengt die nationale gemiddelden en geaggregeerde studies vaak verhullen.

Met het oog op de toekomst pleit Franses voor dieper onderzoek naar de redenen waarom sommige landen negatieve resultaten ervaren. Meer gedetailleerde gegevens, tot op project- of regionaal niveau, kunnen belangrijke nuances aan het licht brengen. Daarnaast zou toekomstig onderzoek bredere indicatoren van ontwikkeling kunnen onderzoeken dan alleen het bbp, waaronder indicatoren voor gezondheid, werkgelegenheid en welzijn.