Op vrijdag 16 februari 2024 verdedigt S.H. van Bergen het proefschrift met de titel: ‘Humerusschachtfracturen: Epidemiologie, behandeling en uitkomsten‘.
- Promotor
- Co-promotor
- Co-promotor
- Datum
- vrijdag 16 feb 2024, 13:00 - 14:30
- Type
- Promotie
- Ruimte
- Senaatszaal
- Gebouw
- Erasmus Gebouw
- Locatie
- Campus Woudestein
Korte samenvatting over het doel van het proefschrift:
Het proefschrift beschrijft de epidemiologie, behandeling en uitkomsten van humerusschachtfracturen. Humerusschachtfracturen kunnen nonoperatief worden behandeld met een brace of operatief met plaatosteosynthese of intramedullaire pen. Voorafgaand aan dit proefschrift was de wetenschappelijke literatuur inconclusief over de meest gunstige behandeling.
Dit proefschrift beschrijft allereerst een systematisch literatuuroverzicht en gepoolde analyse welke aantoont dat alle behandelopties leiden tot een acceptabel resultaat, maar een operatieve behandeling, en specifiek plaatosteosynthese, resulteert in de meest gunstige uitkomsten. Verder beschrijft het de resultaten van de HUMMER studie, een prospectieve cohortstudie met 29 deelnemende centra waarin de operatieve versus niet-operatieve behandeling van gesloten humerusschachtfracturen, AO type 12A en B, werden onderzocht. Deze studie toonde aan dat een operatieve behandeling resulteert in een halvering van het risico op nonunion, sneller functioneel herstel en een beter bewegingsbereik van de schouder en elleboog vergeleken met niet-operatieve behandeling. Daarnaast toonde het onderzoek aan dat niet-operatieve behandeling resulteert in meer in complicaties en secundaire interventies dan de operatieve groep. Vervolgens werd gekeken naar de resultaten van de twee operatieve behandelingen, waaruit bleek dat plaatosteosynthese resulteert in sneller herstel, met name van de schouderfunctie. Daarnaast is plaatosteosynthese geassocieerd met minder implantaat-gerelateerde complicaties en secundaire interventies dan behandeling met een intramedullaire pen. Als secundaire analyse werden de gevolgen van uitval van de nervus radialis geassocieerd met een humerusschachtfractuur beschreven. De prevalentie van nervus radialisuitval (primair en secundair) is laag en het spontaan functioneel herstel is goed tot excellent. Daarom concluderen de auteurs dat de keuze van de techniek voor de behandeling van humerusschachtfracturen niet zou moeten worden beïnvloed door de aanwezigheid van radialisletsel bij presentatie of het risico op postoperatief radialisletsel.
Om de maatschappelijke last van humerusschachtfracturen verder te onderzoeken, wordt een kostenutiliteit en kosteneffectiviteitanalyse van de operatieve versus niet-operatieve behandeling van humerusschachtfracturen beschreven. Door het beperkte effect van de behandeling van een humerusschachtfractuur op de kwaliteit van leven gemeten met de ED-5D, overschrijdt de incrementele kosten-utiliteitsratio van een operatieve behandeling (€111,860) de aanvaardbaardheidslimiet van de kosten per QALY. De incrementele kosten van €2.880 per klinisch meetbaar verschil in effectiviteit gemeten met de DASH liggen ver onder dit limiet en suggereren dat een operatieve behandeling van een humerusschachtfractuur kosteneffectief is.
Het laatste deel van het proefschrift beschrijft het fractuurtype, de behandeling en uitkomsten van humerusschachtfracturen in polytrauma patiënten. Concluderend zijn humerusschachtfracturen in volwassen polytrauma patiënten het vaakst AO-type A en worden overwegend operatief behandeld. In deze populatie kwam nervus radialisletsel en falen van consolidatie relatief vaak voor. Verder rapporteerden patiënten ongeveer vijf jaar na het trauma nog steeds beperkingen van de bovenste extremiteiten.
Tot slot worden de algemene discussie en toekomstperspectieven besproken.
- Meer informatie
De openbare verdediging zal exact om 13.00 uur beginnen. De deuren zijn gesloten zodra de openbare verdediging start, laatkomers kunnen eventueel op het scherm buiten meekijken. Er is geen mogelijkheid tot toelating tijdens het eerste gedeelte van de ceremonie. Gezien het plechtige karakter van de bijeenkomst adviseren wij om kinderen onder de 6 jaar niet naar het eerste gedeelte van de ceremonie mee te nemen.