Maakt Rutte IV de stevige keuzes die nodig zijn voor een toekomstbestendige gezondheidszorg?

Ondanks de uitdagingen die het gevolg zijn van de coronapandemie staan de goede prestaties van de Nederlandse gezondheidszorg buiten kijf. Met het oog op de toekomst zijn er echter ook zorgen. Onlangs concludeerde de WRR dat de grenzen van de financiële, personele en maatschappelijke houdbaar-heid van de zorg in zicht komen. Het nieuwe kabinet van VVD, D66, CDA en ChristenUnie heeft deze boodschap ter harte genomen en kondigt “stevige keuzes” aan. Maar maakt het nieuwe kabinet-Rutte IV deze keuzes ook echt?

In hun bijdrage aan het themanummer van TPEdigitaal over het coalitieakkoord staan drs. Stéphanie van der Geest, prof.dr. Erik Schut en prof.dr. Marco Varkevisser (Erasmus School of Health Policy & Management) allereerst stil bij de ontwikkeling van de zorguitgaven, zoals die op basis van het coalitieakkoord wordt verwacht. Daarnaast bespreken ze voor de curatieve en langdurige zorg enkele opvallende beleidsvoornemens.

Tijdens het eerste Kamerdebat over het coalitieakkoord was het volgens een groot deel van de oppositie glashelder: het kabinet-Rutte IV is van plan om forse bezuinigingen door te voeren in de zorg. De SP sprak bij monde van fractievoorzitter Marijnissen zelfs van een “mes in de rug van de zorg”. Een objectieve blik op de cijfers wijst uit dat de werkelijkheid heel anders is. In plaats van fors te bezuinigen geeft het kabinet de komende vier jaar circa 5 miljard euro meer uit aan zorg.

Volgens de doorrekening van het CPB liggen de zorguitgaven in 2025 door de beleidsvoornemens in het coalitieakkoord 600 miljoen euro boven het basisgroeipad. Er wordt vooral in de eerste jaren meer uitgegeven dan het basispad. Dit onder het motto dat de kosten voor de baten uitgaan. De beoogde besparingen moeten vooral aan het eind van de kabinetsperiode worden gerealiseerd. De vraag is hoe realistisch dit is met het oog op de dan naderende verkiezingen, aannemende dat dit kabinet de volle rit uitzit. Bovendien zijn de belangrijkste structurele besparingen (lees: minder sterke groei) die het kabinet op lange termijn ten aanzien van de zorguitgaven wil realiseren dermate onzeker dat het CPB hieraan nu geen opbrengst wil toekennen. Belangrijke beleidsvoornemens, zoals het streven naar passende zorg en het scheiden van wonen en zorg, zijn al decennia oud en de concrete realisatie daarvan is telkens uiterst weerbarstig gebleken.

Kort samengevat, het coalitieakkoord bevat zeker een aantal goede beleidskeuzes, maar deze zijn vooralsnog onvoldoende stevig om de financiële en personele houdbaarheid van de zorg te kunnen garanderen. Er is voor de nieuwe bewindslieden op VWS dus nog flink wat werk aan de winkel alvorens met vertrouwen te kunnen vooruitkijken naar de toekomst.

Lees het volledige artikel hieronder.

Universitair Docent
Professor
Professor
Gerelateerde links
Financieel Dagblad - Kabinetsplan voor lagere zorgkosten blijft hangen in mistig vergezicht

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen